Tussen goed en slecht
Hebben jullie wel eens nagedacht over het concept “goed” en inherent daaraan “slecht” ? Bijna dagelijks geven wij een waarde-oordeel over of iets goed of slecht is, maar wat ligt er aan ten grondslag ? En is die grondslag universeel en fundamenteel of vloeibaar en veranderlijk. Wordt “het goede” door een absoluutheid (bijvoorbeeld een God) gedefinieerd en opgelegd ? De meeste godsdiensten definiëren een levensstijl die, wanneer gevolgd, leidt tot een goed mens en een goed leven.
De theologie (o.a. de Thora,Bijbel en Koran) verteld ons dat als bepaalde regels gevolgd worden men zichzelf een “goed” mens kan noemen. Een bekend voorbeeld hiervan zijn de tien-geboden. Ik zal zeker niet beweren dat het goed is om te gaan moorden en het veelal is het niet aan te raden om de getrouwde buurvrouw te verleiden, maar ik vraag mij daarbij wel af of een mens alleen goed kan zijn als hij de geboden volgt.
Volgens de overlevering zou God het volgende hebben gezegd voor het overhandigen van de tien-geboden:
“‘Ik ben de HEER, uw God, die u uit Egypte, uit de slavernij, heeft bevrijd.Vereer naast mij geen andere goden. Maak geen godenbeelden, geen enkele afbeelding van iets dat in de hemel hier boven is of van iets beneden op de aarde of in het water onder de aarde. Kniel voor zulke beelden niet neer, vereer ze niet, want Ik, de :HEER, uw God, duld geen andere goden naast Mij. Voor de schuld van de ouders laat Ik de kinderen boeten, en ook het derde geslacht en het vierde, wanneer ze Mij haten; maar als ze Mij liefhebben en doen wat Ik gebied, bewijs Ik hun Mijn liefde tot in het duizendste geslacht.”
Dus……
Als de regels niet gevolgd worden, bijvoorbeeld voor het hebben van een foto van je geliefde, dan worden niet alleen de overtreders maar alle nageslacht tot in de vierde generatie gestraft. Dit komt mij een tikje overspannen over. Wat we hierboven lezen is klassiek voorbeeld van een techniek die vaker terug gevonden kan worden in theologische boeken; “Doe wat ik zeg of je zult gestraft worden”.
We kunnen natuurlijk ook stellen dat we de teksten niet letterlijk, maar in de geest van het geschrevene moeten lezen. Als we dat doen kunnen we stellen dat een goed mens:
Alles doet om een ander te helpen
Niets doet uit eigenbelang
Laten we van deze stellingen uitgaan en daarmee een gedachten experiment doen.
Ik wil jullie voorstellen aan Job. Job is een religieus man, heeft een mooi huis, een goede baan en besluit op een dag alles te doen om goed te zijn in het aanzicht Gods. Zijn buurman heet Cor. Cor heeft een slecht onderhouden huis, geen geld en liegt en steelt om rond te kunnen komen. Job besluit Cor te helpen – hij volgt immers de regel een ander altijd te helpen en niets in eigenbelang te doen – en geeft hem zijn geld, huis en baan en gaat zelf in het huis van Cor wonen. Cor gebruikt het geld om liegend en stelend rijker te worden en helpt anderen met het geld dat hij kan missen om meer aanzien en respect te krijgen van zijn directe gemeenschap. Cor doneert veel geld aan de kerk en bezoekt deze elke dag om iedereen het beeld te geven dat hij een integer, religieus en betrouwbaar mens is, maar gebruikt dat imago om meer macht te krijgen, dat hij weer misbruikt om meer geld te verdienen.
Job daarentegen heeft het hout van zijn huis weggegeven om een ander gezin warm te houden, leeft als een zwerver op straat, maar helpt iedereen wanneer en waar hij maar kan. De mensen om hem heen zien hem als een mislukkeling en schooier, maar Job doet het niets want hen op een andere gedachte te brengen over zijn persoon is handelen in eigenbelang.
Aangezien ik dit stukje schrijf en het mij wel heel handig uitkomt, sterven Job en Cor op het zelfde moment en komen beide bij God om zich te verantwoorden. Cor verteld over de hulp die hij heeft gegeven aan anderen, zijn donaties aan de kerk en hoe hij als icoon mensen heeft kunnen inspireren betrouwbaar en integer te zijn en wordt doorgelaten naar de hemel. Job houdt zijn mond, verteld niet over zijn opofferingen omdat dit handelen zou zijn in eigenbelang en verdwijnt in de vergetelheid.
Altijd het goede doen is dus niet erg verstandig, maar wat dan ? Leven alsof we in Sodom en Gomorra zijn ? Anarchie is meestal ook geen houdbare kaart. Wellicht is het een balans tussen totale verdorvenheid en “domme” goedheid ?
Welke stelling zou Job aangehouden kunnen hebben waardoor hij toch een goed mens zou zijn geweest zonder te eindigen in een oneindig lijden ? De fout, waarde Job, zit hem in niet in de stellingen, maar in de absoluutheid van de woorden “Niets” en “Altijd”. Als we die woorden afzwakken, of beter nog, volledig weghalen worden de stellingen:
Help een ander
Schaad niet je eigenbelang.
Een goed mens is daarmee dus iemand geworden die “Een ander zoveel mogelijk helpt, zonder zijn eigen belangen te beschadigen”, ergens tussen het absolute goede en immens slechte in.!